“Jij gelooft in Jezus terwijl je Joods bent? Als je de Bijbel in zijn oorspronkelijke taal zou kunnen lezen, dan zou je weten dat Hij de Messias niet kan zijn.” Die woorden vormden voor mij een uitdaging, die ik serieus aanging. En hoe meer ik de Hebreeuwse Bijbel bestudeerde en ging zien hoe het Nieuwe Testament het Oude Testament leest, hoe meer ik besefte dat Jesjoea de Messias is.
Ik groeide op in New Jersey en was me sterk bewust van onze Joodse identiteit. ‘Jezus Christus!’ was altijd de ergste vloek die mijn vader kon uitroepen wanneer hij boos was. Maar op een gegeven moment veranderde er iets bij mijn moeder. Ze raakte steeds meer geïnteresseerd in Jezus. Op een dag kwam ze thuis met ‘geweldig goed nieuws’ voor mijn vader: “Murray, ik heb de Bijbel gelezen en bestudeerd. Ik weet nu: Jezus is de Messias!”
Mijn vader begon te huilen. “Hoe kun je ons volk zo verraden? Hoe kun je dit doen? Vertel me alsjeblieft waarom je in Jezus gelooft, maar kom niet met het Nieuwe Testament aanzetten.” Naar ons idee was dat een antisemitisch boek van de christenen, en ‘christenen haten Joden’. Toen ze hem Jesaja 53 voorlas, werd mijn vader heel erg boos. “Ik zei je al dat ik het Nieuwe Testament niet wil horen!”, onderbrak hij haar. “Maar Murray, dit is onze kant van het Boek, een profetie van 700 jaar voordat Jezus geboren werd!” Mijn vader was geschokt.
In de maanden daarna veranderde er iets in ons gezin. Mijn ouders begonnen ineens met mij over Jezus te praten! Ik begreep er niets van en dacht dat ze een identiteitscrisis hadden.
Ik weet nog dat ze me op een dag meenamen naar een dienst. Op de terugweg zat ik bij mijn moeders vriendin Linda in de auto. “Seth, wanneer ga jij Jesjoea als je Messias aannemen?”, vroeg ze plotseling. Ik wist niet goed wat ik moest zeggen.
Linda keek me aan en zei: “Weet jij dat Jezus ieder moment kan terugkomen?” We reden ondertussen op de snelweg. “Oké”, antwoordde ik, “en wat dan nog?” “Weet jij wat er zou gebeuren als Hij nu terugkomt?” “Nee”, zei ik. “Ik zou worden opgenomen en voor altijd bij Jezus zijn en jij zou op de passagiersstoel van mijn auto zitten, alleen, zonder chauffeur en met een snelheid van zo’n 90 kilometer per uur verongelukken en voor altijd verloren zijn.” Dat klonk verschrikkelijk. “Jezus, kom niet terug!”, smeekte ik Hem daarom keer op keer. Dat was min of meer het begin van mijn gebedsleven.
Een angstig en lelijk kind
Als kind kreeg ik zware medicijnen voor mijn astma, waaronder Prednison. Het beïnvloedde sterk mijn gevoelsleven, maar veranderde ook mijn uiterlijk. Mijn gezicht was rood en opgezwollen. Ik was er diep van overtuigd dat ik een lelijk kind was, het lelijkste kind van mijn klas. Ik haatte mezelf. Niet alleen vanwege mijn uiterlijk, maar ook vanwege mijn onvermogen om mijn eigen zwakheden te overwinnen.
Ik was er ook van overtuigd dat God mij haatte en lelijk vond. Mijn gebeden draaiden oneindig rond hetzelfde thema. Hoeveel ik ook bad, dit gevoel van afschuw bleef, dat ik een zondaar was en lelijk in Gods ogen, dat God mij haatte en er voor mij geen plek bij Hem zou zijn. Ik voelde me altijd angstig en zonder enige hoop.
Deze littekens zijn ook voor jou
Jaren later was ik weer een keer in een dienst. De spreker keek om de een of andere reden steeds mijn kant op. Dat was raar, want hij kende me niet. Het voelde alsof hij alle dingen blootlegde die ik van mezelf haatte, die God naar mijn idee haatte. Ik voelde me steeds ongemakkelijker. Aan het einde van de dienst nodigde de spreker de mensen uit om op te staan.
Ik ging ook staan en keek naar voren. Op dat moment was het alsof ik Jesjoea zag Die op me wachtte. Met Zijn armen uitgespreid. Tot dan toe had ik mij Hem alleen maar voorgesteld met Zijn armen uitgestrekt in boosheid, klaar om me te slaan. Nu zag ik dat Zijn armen wijd open waren en Hij me juist wilde omhelzen. Het was alsof Hij zei: “Natuurlijk houd ik van jou. Deze littekens zijn ook voor jou. Ik ben gekomen voor zondaars.”
Ik besefte dat Jesjoea zondaars liefheeft. Voor het eerst van mijn leven geloofde ik niet langer dat ik lelijk was in Gods ogen. En voor de allereerste keer voelde ik me echt volkomen geliefd, van binnen en van buiten. Ik was nieuw, ik was vrij!
Mijn enthousiasme over het feit dat ik een nieuwe schepping was, wilde ik delen. Ook met mijn andere familieleden. Zij reageerden geschokt. “Jij gelooft in Jezus terwijl je Joods bent? Jij beweert dat Jezus de Messias is op basis van het Oude Testament. Wie denk je wel dat je bent? Weet jij het soms beter dan de rabbijnen? Als je echt Hebreeuws kon lezen, dan zou je weten dat je de tekst verkeerd interpreteert; dat Jezus de Messias niet kán zijn. Je stelt je vertrouwen op een christelijke vertaling.” Op dat moment besloot ik dat ik inderdaad Bijbels Hebreeuws moest leren.
Onderzoek de Bijbel
Hoe meer ik de Bijbel bestudeerde, hoe meer ik begon te zien hoe het Nieuwe Testament het Oude Testament verklaarde, hoe meer ik besefte dat Jezus de Messias is. Hij heeft mij van mijn zonden verlost, een nieuw leven en hoop gegeven. Door Hem en in Zijn ogen ben ik mooi. Daarnaast ben ik er ook, na al die jaren van studie, met mijn hele hart van overtuigd, dat om Mozes, de profeten en de geschriften te begrijpen, je Jesjoea moet kennen, de geweldigste Jood, de Verlosser van mijn volk en van de wereld.
Bestel het boek van Seth Postell Mozes lezen, Jezus zien.
Deel dit artikel via