De Hoop van Israël
Het was goed om na acht jaar weer in Israël te zijn voor de bijbelverspreiding. God is ons op veel manieren genadig geweest. Hij bewaarde ons op de weg. We reden maar liefst 3500 km in drie weken. Hij leidde ons tijdens de gesprekken op straat en bereidde de harten van mensen voor om Zijn Woord aan te nemen. Tientallen Tenachs en meer dan honderd Nieuwe Testamenten vonden de weg naar hun nieuwe eigenaar.
Drie keer maakten we een luchtalarm mee. Het eerste alarm klonk ter nagedachtenis aan de Holocaustslachtoffers. De tweede keer was voor de gevallen Israëlische soldaten en slachtoffers van aanslagen. Het hele land stond stil terwijl de sirenes loeiden. We voegden ons bij hen met een moment van stilte en gebed voor de mensen om ons heen.
Het derde alarm was een waarschuwing voor een raketaanval vanuit Gaza. Op dat moment reden wij juist richting het zuiden van Israël. Prijs de Heere dat Hij ons heeft bewaard.
Dagelijks worden de levens van Israëlische burgers bedreigd door hun meedogenloze vijanden. Mensen op straat zijn bezorgd over hun leven en de toekomst van hun kinderen. Politieke oplossingen voor vrede en veiligheid mislukken keer op keer.
Maar er is één Hoop die wij te bieden hebben: “U onderzoekt de Schriften, want u denkt daardoor eeuwig leven te hebben, en die zijn het die van Mij getuigen” (Joh. 5:39).
Iedere Bijbel die we weggeven, is een mogelijkheid om verzoening en vrede met God te vinden door de Joodse Messias, de Hoop van Israël!
Pastorale zorg
Tijdens ons verblijf richtten we ons vooral op de verspreiding van Bijbels. Maar we mochten ook pastorale zorg bieden aan voormalige leden van onze gemeente in Kiev. Nieuwe immigranten hebben regelmatig te maken met huwelijksproblemen en moeizame relaties met hun kinderen. Deze aanvallen gaan christelijke gezinnen niet voorbij.
Daarbij komt ook nog dat zij vaak moeite hebben om een gemeente te vinden waar zij zich thuis voelen. Dat heeft een enorme invloed op hun geloofsleven. Vandaar dat we de tijd hebben genomen om twee gezinnen te bemoedigen. We hebben ook een vrouw bezocht die onlangs haar man heeft verloren. We zijn God dankbaar voor de warme band en we blijven bidden voor deze mensen.
Bezoek aan gemeentes
Voorafgaand aan de reis hadden we al afspraken gemaakt om vier gemeentes te bezoeken. We hadden meer uitnodigingen gekregen, maar helaas geen gelegenheid om ook bij hen langs te gaan. Eigenlijk is het ons principe om uitnodigingen van kerken nooit af te slaan. We zijn er namelijk van overtuigd dat de Heere gelovigen op het hart kan leggen om het Woord met anderen te delen. En zo gebeurde dat ook. Tijdens de dienst van een Messiaanse gemeente in Netanja vertelden we over de bijbelverspreiding. De mensen reageerden zeer positief en wilden Bijbels meenemen voor hun klasgenoten van de cursus Hebreeuws. We hadden voornamelijk Hebreeuws-Russische en Hebreeuws-Franse Bijbels meegenomen. Door de vele Russisch- en Franssprekende inwoners lijkt Netanja bijna wel een Russisch-Franse kolonie. Iedereen in de gemeente kende wel iemand om een Russische of Franse Bijbel te geven.
We waren blij dat we ook Albert en Esther Knoester in Dimona konden bezoeken en een bijdrage konden leveren aan hun huisgemeente. We hebben samen een goede tijd gehad en zijn dankbaar voor hun gastvrijheid.
We bezochten ook een christelijke organisatie die humanitaire hulp geeft aan Russischsprekende Joden. Ze hebben een lijst van mensen in nood, om hen te voorzien van kleding, voedsel en medicijnen. En nu dus ook gratis Bijbels voor deze mensen!
Bijbelverspreiding in de praktijk
De eerste Bijbel die we weggaven, was aan een Joodse vrouw uit Frankrijk. Zij zat achter de balie van het bedrijf waar we onze auto huurden. De volgende dagen en weken ontmoetten we mensen op straten, promenades, stranden, in winkels, parken en kibboetsen. We zijn dankbaar voor iedereen die een Bijbel aannam en voor alle gesprekken. Uiteraard waren er ook een aantal afwijzingen. Maar ook die mensen waren erg vriendelijk. Sommige dachten dat wij Jehova’s Getuigen waren, want ze verwachtten van niemand anders een gratis Bijbel te krijgen. Vaak vroeg men: “Waarom doen jullie dit?”. Vooral wanneer we het Nieuwe Testament aanboden.
Drie van de Israëli’s die we ontmoetten waren Oekraïens. Een van hen was Masha, een dame van in de zeventig uit Chernovitz. Ze woont nu in Israël, maar tijdens de zomermaanden verblijft ze vanwege de hitte in Oekraïne of Duitsland. We hadden een goed gesprek, waarna ze een Bijbelset (Oud en Nieuw Testament) aannam.
De ontmoeting met een ouder echtpaar uit Lviv was erg fijn. Ze wonen al twintig jaar in Israël, maar voelen zich erg eenzaam. We konden getuigen over Gods liefde en ook hen een Bijbelset geven.
We hoorden een jongeman tegen zijn hond praten in een mengeling van Hebreeuws en Russisch. Toen we hem aanspraken, vertelde hij ons dat hij atheïst is en sinds de dood van zijn vader een grote afkeer van God heeft. We boden hem een Hebreeuws-Russisch Nieuw Testament aan. Maar Russisch lezen was moeilijk voor hem geworden. Het Hebreeuws-Ivriet Nieuw Testament was voor hem ideaal. Hij begon direct te lezen.
We hebben voornamelijk Hebreeuws-Russisch en Hebreeuws-Ivriet Nieuwe Testamenten weggegeven. Maar ook een Hebreeuws-Spaanse uitgave aan een Spaanstalig echtpaar.
Oelpan-klassen
Een andere plek waar de deur voor de bijbelverspreiding wijd openstond, waren de zogeheten Oelpan-klassen. Daar worden taallessen gegeven aan nieuwe immigranten in Israël. We werden uitgenodigd om te spreken en muziek te maken in Bat Jam. Daar was een groep van dertig mensen, voornamelijk Russischsprekend. We kregen de gelegenheid om te delen wat wij op ons hart hadden. Het was bijna de week van de ongezuurde broden, dus vertelden wij over Hem, Die zei: “Ik ben het Brood des levens; wie tot Mij komt, zal beslist geen honger hebben, en wie in Mij gelooft, zal nooit meer dorst hebben” (Joh. 6:35).
Van onze werkers uit Oekraïne