Jonge Joden willen weg uit Europa
Uit onderzoek onder Joden in Europa blijkt dat 41 procent van de 16 tot 34-jarigen erover nadenkt om naar Israël te emigreren omdat ze zich niet langer veilig voelen. Bijna de helft van hen zegt erop te letten niet als Joods herkenbaar te zijn.
Het onderzoek is uitgevoerd in: Oostenrijk, België, Denemarken, Frankrijk, Duitsland, Frankrijk, Hongarije, Italië, Nederland, Oostenrijk, Polen, Spanje, Zweden en Engeland. De gegevens zijn verzameld door de FRA, het Bureau van de Europese Unie voor de grondrechten, onder circa 2700 Joden tussen 16 en 34 jaar.
Het rapport ‘Jonge Joodse Europeanen: Ervaringen met antisemitisme’ meldt dat vier op de vijf jonge Joodse Europeanen antisemitisme als een probleem beschouwen in hun land, en dat het fenomeen de afgelopen vijf jaar is toegenomen.
Van de jonge Joodse Europeanen heeft 44 procent al te maken gehad met antisemitische intimidatie. Vanwege hun veiligheid kiest 45 procent van de jongeren ervoor om niet kenbaar als Joods in het openbaar te verschijnen.
Desondanks identificeert ruim 80 procent van de jonge Europese Joden zich heel sterk met hun Joodse identiteit en voelt 62 procent van hen een sterke band met de staat Israël.
Joden onderweg
In december 2018 presenteerde de toenmalige minister van Diasporazaken Naftali Bennett het plan 'Voel je thuis', bedoeld om 200.000 Joden uit Frankrijk naar Israël te halen. De verkiezingen gooiden roet in het eten.
Intussen is de emigratie van Franse Joden naar Israël, na een stijging in 2014-2015 als gevolg van toenemend antisemitisme en enkele terreuraanslagen, weer gedaald. Voor veel Franse Joden is ook Israël geen veilige thuishaven. Ze wijken liever uit naar landen als Canada, Australië en Engeland.
Toch is het aantal Joden dat aliya maakte vorig jaar met 6,6 procent toegenomen. Dit is vooral te danken aan de toename van het aantal Russische immigranten. Vorig jaar kwam 67 procent van de immigranten uit de voormalige Sovjetstaten.
Zorgelijke ontwikkelingen
Antisemitisme manifesteert zich in alle geledingen van de maatschappij: zowel politici als individuen als sociale bewegingen maken zich er schuldig aan.
In West-Europa is antisemitisme vooral zichtbaar onder extremistische moslims of linkse politici.
Zomaar enkele incidenten van de afgelopen tijd: In Oost-Frankrijk zijn 80 Joodse graven beklad; tijdens een conferentie over de Holocaust in Parijs zijn deelnemers belaagd; in Engeland stapten acht Labour-partijleden op, onder meer uit onvrede over het antisemitisme binnen de partij. Van de Engelse Labour-leider Corbyn weten we dat hij zich schaart achter de Palestijnen en zijn kritiek op Israël niet onder stoelen of banken steekt. Op keiharde antisemitische uitspraken is hij weliswaar nog niet betrapt, maar zijn standpunten wakkeren wel een bepaalde sfeer aan, binnen Labour en daarbuiten.
Het toenemend islamitisch antisemitisme wordt vooral toegeschreven aan de vluchtelingen uit Arabische landen die zich verbonden voelen met de Palestijnen.
Zo is ook het aantal anti-joodse incidenten in Duitsland sinds 2015, het jaar dat veel vluchtelingen zich daar vestigden, toegenomen. Om het antisemitisme onder vluchtelingen tegen te gaan hebben Joodse organisaties in de BRD zelfs voor migranten speciale lessen over de Holocaust geïntroduceerd.
In Oost-Europa daarentegen maken vooral (extreem-)rechtse groepen of politici zich schuldig aan Jodenhaat. Een voorbeeld: de hetze van rechts-Hongarije tegen George Soros. Waarom is hij zo’n ideaal doelwit voor hen? Wel, Soros is liberaal, machtig, heel rijk, verdient zijn geld in de financiële sector én Joods. De ‘perfecte’ combinatie!
Het lijkt er bijna op dat iedere religie, stroming of politieke traditie zo zijn eigen antipathie jegens Joden heeft ontwikkeld.
Best een beetje eng, want je moet er toch niet aan denken dat de gelederen zich sluiten en Jodenhaat een gezamenlijk doel wordt!
Bronnen: o.a. FRA, RD, Trouw