Het is jullie boek en jullie geschiedenis!
Hollandser kan het bijna niet. Naar Israël vliegen met een ingepakte fiets voor collega Paul. Wat is het heerlijk om er weer met Bijbels op uit te kunnen gaan. Want de verspreiding van Tenachs en Nieuwe Testamenten onder Israël is toch hét hart van het werk.
Iedere Bijbel wordt weggegeven in het vertrouwen dat God de weg heeft gebaand naar die Joodse man of vrouw. God werkt, en wij zijn maar werktuigen. De Heere zegt hierover: “Zo zal Mijn woord zijn dat uit Mijn mond uitgaat: het zal niet vruchteloos tot Mij terugkeren, maar het zal doen wat Mij behaagt, en het zal voorspoedig zijn in hetgeen waartoe Ik het zend” (Jes. 55:11). Met dit vers in het achterhoofd is iedere ontmoeting en elk gesprek heel bijzonder.
Voor wat extra beenruimte hebben we een lege stoel tussen ons in geboekt. Helaas is het vliegtuig volgeboekt en komt er een Israëli tussen ons in zitten. Helaas of een mooie kans? De jongen vertelt hoe hij in Amsterdam heeft genoten van de coffeeshops en het uitgaansleven. Eenmaal in de lucht sluit hij zijn ogen en slaapt zo’n beetje de hele reis. Pas als de landing wordt ingezet, raken we weer aan de praat. Na wat heen en weer geklets vertellen we de jongen dat we in Nederland onderwijs geven over Gods plan met Israël en dat veel christenen in ons land achter Israël staan. We hebben het over de Tenach en het Nieuwe Testament, hoe het ons leven heeft veranderd, maar ook onze kijk op het Joodse volk. “Weet jij zelf iets over het Nieuwe Testament, bijvoorbeeld dat het een Joods boek is?”, vragen we hem. Nee, dat is nieuw voor hem. Dan gaan we landen, maar gelukkig kunnen we hem nog wel een boekje geven over de samenhang tussen het Oude- en het Nieuwe Testament.
Zeker, er was in het vliegtuig te weinig ruimte voor onze benen, maar meer dan genoeg voor de boodschap.
Een opsomming?
Een reisverslag is vaak een opsomming van ontmoetingen en kan soms saai overkomen. Maar misschien helpt het als je bedenkt dat elke Bijbel wordt weggegeven in het vertrouwen dat God de weg heeft gebaand naar die Joodse man of vrouw. God werkt, en wij zijn maar werktuigen. De Heere zegt hierover: “Zo zal Mijn woord zijn dat uit Mijn mond uitgaat: het zal niet vruchteloos tot Mij terugkeren, maar het zal doen wat Mij behaagt, en het zal voorspoedig zijn in hetgeen waartoe Ik het zend” (Jes. 55:11).
Met dit vers in het achterhoofd is iedere ontmoeting en elk gesprek heel bijzonder.
Jiddisch graag!
Van Joël hebben we via onze Jiddische website een aanvraag gekregen voor het Jiddische Mattheüsevangelie. We gaan bij hem langs om te kijken of de bestelling klopt.
Joël is een ex-charedi die twee jaar geleden tot geloof is gekomen. Daarvoor was hij een rabbijn in een ultraorthodoxe beweging. Juist de vragen over Jesjoea (Jezus) uit zijn gemeenschap, en zijn onvermogen om die te beantwoorden, zetten hem ertoe aan om zelf onderzoek te doen naar Hem. Hij komt met zijn vragen terecht bij een christelijke voorganger. Antwoorden worden gegeven, maar die roepen ook weer nieuwe vragen op. Totdat het prachtige moment aanbreekt en hij gaat inzien dat Jesjoea de Messias is!
Omdat Joël wekelijks studie doet met een groep uit zijn gemeenschap is hij op zoek gegaan naar Jiddische materialen en op onze website terechtgekomen. “Je wilt niet weten wat dit voor mij betekent!”, zegt hij blij als we hem het Jiddische Nieuwe Testament en het Jiddische Mattheüsevangelie laten zien. Hij wil graag meer exemplaren om te verspreiden binnen zijn gemeenschap.
Kijk uit! Je blijft erin lezen
Vandaag zijn we in Jeruzalem. Wijnand en ik ontmoeten een dertiger, die vertelt dat hij vroeger tot de ultraorthodoxe Breslov-stroming behoorde.
We raken aan de praat en getuigen hoe de Tenach en het Nieuwe Testament ons leven heeft veranderd, en dat we nu een persoonlijk relatie met God mogen hebben. Dat we door deze Boeken veel liefde voor de Joden hebben gekregen.
Op een zeker moment haalt Wijnand de tekst aan waar de Heere Jezus zegt: ‘Ik ben de Weg, de Waarheid en het Leven. Niemand komt tot de Vader dan door Mij’ (Joh.14:6). “Wat Jesjoea hier zegt, is de absolute waarheid, óf een leugen”, voegt hij er nog aan toe. We merken dat Wijnands woorden echt binnenkomen bij de man!
Op onze vraag of hij het Nieuwe Testament ooit zelf heeft gelezen, volgt een ‘nee’. Als we hem vervolgens laten zien dat de tekst ervan hier in Jeruzalem is vertaald naar het Hebreeuws, door zijn eigen Joodse volksgenoten, wil hij graag een Nieuw Testament aannemen.
We nemen afscheid, maar Wijnand ‘waarschuwt’ hem wel: “Kijk uit, want in dit Boek blijf je lezen.” Laten we bidden dat deze ex-Breslaver inderdaad niet meer zal kunnen stoppen met lezen en de Messias zal vinden.
Israëlische backpackers
Vandaag gaan we langs bij Jews for Jesus, waar ook een groep is die over enkele dagen vertrekt naar India en Peru. Wat een enorme bemoediging dat er veel backpackbijbels voor hen klaarliggen. Kort mogen we de groep nog toespreken over ons werk onder de backpackers. Het enthousiasme over de uitgave was mooi, en we koesteren het als een ‘knipoog van Boven’.
Bijbel nauwelijks bekend
Vandaag staat Haifa op het programma. Vier van ons gaan naar de lange straat bij de Bahai-tempel, de andere vier naar een nabijgelegen winkelcentrum en park.
In het park raken Paul en ik in gesprek met een leeftijdsgenoot die zijn hond aan het uitlaten is. We vertellen hem dat we verbonden zijn aan een Bijbelgenootschap en vragen of hij bekend is met de Bijbel. Vroeger had de man wel wat les gehad over de Tenach, maar over het Nieuwe Testament weet hij helemaal niets. Hij viert nog wel bepaalde Joodse feesten, zoals bijvoorbeeld Chanoeka. Als Paul dan vertelt dat het Nieuwe Testament het oudste geschrift is waarin Chanoeka wordt vermeld, is zijn interesse gewekt. Als we dan ook nog wat meer inhaken op het Joodse karakter van dit Boek, vertrekt hij mét een Nieuw Testament en de belofte dat hij het gaat lezen.
Oekraïense vluchtelingen
In het park komen we ook een Oekraïense jongen tegen. Hij komt uit de buurt van Marioepol en heeft vlak voor de Russische inval alija gemaakt. De jongen begint te glimlachen als hij hoort dat ik uit Nederland kom, en ook betrokken ben bij de hulpverlening aan Joodse vluchtelingen.
De Oekraïner vertelt dat zijn vriendin ook is gevlucht en nu in Naaldwijk woont. We laten hem de Russische Bijbel zien en vertellen hoe vanuit de Tenach al verwezen wordt naar de komst van Jezus de Messias. Hij neemt graag een Bijbel aan.
Afwijzing en twijfel hoort ook bij het bijbelverspreidingswerk. Mag ik als Jood wel een Nieuw Testament aannemen? Zo ook bij deze jonge Israëli. Hij aarzelt enorm of hij de Bijbel zal aannemen. We dagen hem uit om in ieder geval een paar hoofdstukken te lezen. Als we dan ook nog zeggen: “Het is jullie Boek en jullie geschiedenis”, verdwijnt zijn twijfel en pakt hij het Nieuwe Testament aan.